Voor schoolverlaters Eveline, Maarten en Yoni helpen deze 6 zaken om zich te verbinden met hun nieuwe werkgever:
- Een open vertrouwenscultuur waar dingen uitgesproken kunnen worden,
- Een baas die vanaf de eerste dag in nieuwe medewerkers gelooft
- Aandacht voor zowel introverte of meer gesloten persoonlijkheden als voor extraverte of open personen
- Betrokken collega’s en een mentor
- Anticiperende socialisatie via stage
- Omkadering
Het persartikel van SERV “Jongeren missen begeleiding bij hun eerste stappen op de arbeidsmarkt” trok mijn aandacht. Overtuigd van het belang van goede onboardingsprocessen (of verbindingsprocessen met nieuwe medewerkers) besloot ik in gesprek te gaan met enkele schoolverlaters over hun ervaringen bij hun eerste stappen op de arbeidsmarkt.
Eveline studeerde sociologie en sociaal beleid aan KU Leuven en zette net haar eerste stappen op de arbeidsmarkt in een start-up die mensen met mentale problemen begeleidt.
Yoni is afgestudeerd als arbeidssociologie en startte in een HR-bedrijf dat hogergeschoolden rekruteert.
Maarten studeerde Maatschappelijk Werk & Sociaal Werk en Sociaal Beleid en werkt als educatief medewerker bij een vereniging van en voor personen met een handicap of chronische ziekte en hun netwerk.
Deze drie kersverse masterstudenten zetten in september 2022 hun eerste stappen op de arbeidsmarkt. Eveline en Maarten voelen zich al min of meer thuis op hun eerste job, maar Yoni helemaal niet. Ik ging er met hen over in gesprek.
Voelen jullie zich al thuis op je eerste job?
Eveline: Ja en wel omdat ik volledig achter de core business sta. Ook de flexibiliteit en verantwoordelijkheid die wij krijgen is ondersteunend: Mijn werk moet klaar zijn, maar wanneer en hoe lang ik eraan werk maakt niet uit. Natuurlijk zie ik voor mezelf dat ik niet over de 40u/week ga. Maar ik kan perfect overdag even een kinesistafspraak doen. Omdat Mentaal welzijn op nummer 1 staat bij mijn werkgever heerst er een cultuur is waarbij je je bekommernissen en onenigheid uitspreekt zonder veroordeling. Op persoonlijk vlak klikte het niet direct met enkele collega’s. Maar dit hebben we uitgesproken waardoor er nu meer respect is en we professioneel beter samenwerken. Ik voel me er nu dus zeker thuis, ondanks de persoonlijke verschillen. Er is ook weinig omkadering omdat de organisatie een start-up is. Maar daardoor kan ik wel veel kan leren en initiatief nemen. Mijn baas vertrouwt mij volledig en daardoor mocht ik vandaag bijvoorbeeld met bedrijf van 1500 werknemers spreken.
Conclusie: een vertrouwenscultuur waar dingen open uitgesproken kunnen worden helpt me het best om me thuis te voelen op mijn werk
Yoni: Ik voel me er echt niet thuis. Ik heb het gevoel dat ze zich enkel op open persoonlijkheden richten. Ik heb een gemotiveerde omgeving met een sterk team nodig. Nu heb ik het tegenovergestelde. Of ik heb toch dat gevoel. Ik zou met hen dit gesprek moeten aangaan maar als schoolverlater en nieuwe medewerker vind ik dat moeilijk. Ik wil mijn werkgever ook niet teleurstellen…. Ja ik ben een redelijk zeker van dat ik een andere job ga moeten zoeken. Maar dat is moeilijk. Ik ga vrijdag het gevoel proberen aan te kaarten. Ook krijg ik het gevoel dat ik het niet goed doe. Maar ze zeggen ook niets. Maar ik ga er zeker niet blijven. Ik zou echt terug het menselijke willen. Maar weet niet op welke job ik dan zou moeten zoeken.
Maarten: Doordat ik de collega’s al kende van mijn stage, voelde ik mij al een beetje thuis op mijn nieuwe werk. Natuurlijk blijft het zoeken en heeft dit tijd nodig. Na 4 weken bezig te zijn, is dit al meer dan in het begin en durf ik voorzichtig stellen dat ik mij geleidelijk aan thuis begin te voelen. Vorige week hebben we samen een groot evenement georganiseerd, dan leer je elkaar kennen op een andere manier, namelijk naast het kantoorwerk. Hier moest je op elkaar kunnen vertrouwen en is wel vlot verlopen eigenlijk.
Wat heeft jullie het meest geholpen om te weten wat jouw rol is en wat je werkgever van jou verwacht?
Eveline: Heel veel vragen stellen en zelf proactief werken. Daarnaast liep ik 1 à 2 weken mee met mijn baas om eigenlijk zijn takenpakket te leren kennen. Ik voer nu hetzelfde pakket aan taken uit 🙂
Yoni: Ik vind het niet gemakkelijk. Mijn werkgever geeft aan oog te hebben voor je persoonlijke pas en uw eigen tempo. Daar verkopen ze zich mee. Maar er is nog niets over gezegd. Alles moet je zelf vragen, terwijl ik verwacht dat ze dit zelf zeggen. En als je de vraag stelt, krijg je een zucht. Alles gaat op het tempo van de persoon die het snelst wil gaan, en ik moet maar volgen.
Maarten: Door mijn stage kende ik mijn takenpakket al een beetje. Voordat ik mijn contract tekende, heb ik ook samengezeten met mijn mentor van toen om alles te overlopen, wat wel geholpen heeft. Eens op de werkvloer, waren het vooral de collega’s en het diensthoofd die mij wegwijs maakten. Ik kan ook altijd terecht bij mijn mentor van tijdens mijn stage. In de jaarplannen enzovoort zie je ook min of meer wat er verwacht wordt, maar de collega’s maken het veel tastbaarder.
Hoe voelen jullie zich als nieuwkomer bij de collega’s? Wat draagt bij aan je sociale integratie op het werk?
Eveline: We gaan 4x per jaar op teamweekend tijdens de week om het afgelopen trimester te bespreken. Daar leer je iedereen wel goed kennen. Ook is er elke maand 1 teambuilding zoals samen gaan padellen. We zijn een team van 9 personen dus ondanks het 3dagen thuiswerk leer je elkaar wel kennen.
Joni: Ik voel me niet geïntegreerd. Ik heb het gevoel dat ik uitgesloten wordt uit het team. Er wordt geen tijd genomen om iedereen voor te stellen. Ik ken hun namen maar zelf weet ik niks van hun rol of dergelijke en dat vind ik wel jammer. Zou graag hun ervaringen horen wanneer zij begonnen, maar daar wordt niet over gesproken. Ik ben gestart met iemand die veel meer talketive is en open. Terwijl ik op dit moment mijn muur alleen maar opbouw en dus meer en meer uitgesloten wordt naar mijn gevoel.
Eveline: Ik mis wel en maatje. We zijn met een meerderheid aan mannen en maar 3 vrouwen. 1 vrouw is op moederschapsrust en een met de andere voel ik de klik niet direct. Maar er is nu een nieuwe vrouwelijke collega van onder de 30jr op komst dus dat komt goed. En sinds ik uitsprak dat “je anderen niet moet judgen en voorbij iemands oppervlakte kijken” is dat allemaal veel beter. Er is gewoon een verschil tussen de Kempische mentaliteit en de stadsmentaliteit (veggie eten…). Sommige collega’s maken dat ik me niet helemaal thuis voel op het werk.
Joni: Het is erg om te zeggen, maar ik kijk ernaar uit om de taken alleen uit te oefenen omdat ik dan ook op mezelf kan zijn. Nu heb ik het gevoel dat iedereen de open persoon leuker vindt en wordt daar alle focus op gelegd bij de opleiding. Een klein voorbeeld: Er kwam een post op de pagina van de nieuwtjes. De lead zag dit en ze toonde de foto aan de andere nieuwe. De mijne heeft ze niet laten zien. Ze kijkt ook niet naar mij tijdens de opleiding. Geeft me het gevoel dat ik onzichtbaar ben en er niet toe doe. Dus ik vind dat er echt meer mag gedaan worden om echt een team te zijn en het team te leren kennen. Dat ook zowel gesloten als open personen in het team kunnen passen. Nu lijk ik gewoon een vogel voor de kat doordat ik eerder gesloten ben en de banden duidelijk al gemaakt zijn.
Maarten (foto): Stage uiteraard, dat hielp zeker de integratie loopt wel oké naar mijn gevoel. Op zo’n evenement wat we vorige week organiseerde, leer je elkaar op een andere manier kennen. Ook is het goed voor het ‘groepsgevoel’ als je zo’n groot evenement samen tot een goed einde kan brengen waarbij je op elkaar moet kunnen rekenen.
In welke mate begrijp je de regels, praktische zaken, en het beleid in je organisatie?
Maarten: Volgend jaar komt er een reorganisatie aan, we gaan namelijk centraliseren. We zijn nu die concrete werking aan het uitwerken aan de hand van de jaarplanning. Ik moet eerlijk toegeven dat het niet altijd even duidelijk is voor mij omdat ik met de huidige werking nog niet volledig vertrouwd ben. De regels staan wel neergeschreven, maar daar kom je vooral geleidelijk aan achter door bepaalde zaken (niet) te doen en voornamelijk de collega’s die me hierbij helpen.
Eveline: Doordat we een start-up zijn, is er weinig omkadering en moet je het zelf een beetje uitzoeken. Je moet er zelf naar vragen want meestal bestaat het nog niet. Ik maakte bijvoorbeeld een arbeidsongeval mee en moet hier zelf achter alles vragen. Daarnaast zorgt die flexibele en open omgeving ook wel voor “wat mag wel?” want eigenlijk mag alles. Maar als je van school komt met regeltjes is dat wel wennen. Soms mis ik wel een houvast. Weinig omkadering is misschien wel het moeilijkste.
Wat heeft jou het meest geholpen om je er thuis te voelen?
Eveline: Mijn baas die vanaf dag 1 in mij geloofde en mij de indruk geeft dat ik altijd bij hem terecht kan. 🙂
Maarten: Dat ik er al stage deed
Het valt me op dat Eveline en Yoni veel verantwoordelijkheid hebben bij het leren kennen van hun rol. Ze stellen zelf vooral veel vragen, maar ze hebben elk een andere ervaring hierbij. De organisatiecultuur lijkt sterk te verschillen waardoor Eveline volop vragen kan stellen en Yoni zich ongemakkelijk voelt hierbij. Maarten heeft een mentor en veel hulp van collega’s.
Zelf op zoek gaan naar informatie en feedback vragen zijn belangrijk bij het onboarden. Wat Yoni me vertelt, hoor ik wel vaker van nieuwe medewerkers: Sommige nieuwe medewerkers zijn ook wel bang om veel vragen te stellen, omdat ze vrezen dat de werkgever of collega’s gaan twijfelen over hun potentiëel. Dat is de sociale kost van veel vragen stellen. Onderzoekers Bauer en Erdogan schrijven dat nieuwe medewerkers die vragen stellen over normen en verwachtingen, actief feedback zoeken over hun gedrag, interesse tonen in de organisatie en die actief kansen zoeken om formeel en informeel te netwerken met collega’s en supervisoren, vlotter onboarden. Ze zijn actieve participanten in hun onboardingsproces.